pageviews

dinsdag 19 augustus 2025

Van Gieselaukanaal naar Brunsbüttel op 10-08-2025



Vanmorgen waren we er al vroeg uit, en zo ook onze buren aan de buitenkant want die waren schijnbaar vertrokken zonder dat we er iets van hebben gemerkt.We zijn om kwart voor zeven klaar met ontbijt, en maken los om vervolgens het kanaal weer op te varen, met in ons kielzog onze Oosterbuur, die ons na een tijdje begint in te halen en hij heeft zeker haast om zo snel mogelijk bij de sluis te zijn, en zal wel richting Hamburg uit willen, want dan is hij vanmiddag nog mooi op tijd, om de laatste vloedstroom mee te heben de Elbe op.Wij worden even later ingehaald door twee grote schepen, en wanneer die bijna uit zicht zijn verdwenen, lijkt het net of we weer op hun beginnen in te lopen, en ja hoor na een tijdje zijn we weer vlak achter hun, en ook zijn er nog een aantal jachten tussen ons en hun, die door hun zijn ingehaald. Dan zie ik dat er een ambulance op het pad staat naast het kanaal en ook zie ik een veerpont schuin op de oever liggen met de schroef nog aan, ook ligt er een politieboot tegen hem aan. Nou dit is wel wat vreemd allemaal, we hebben geen idee van wat zich hier heeft afgespeeld. Ik neem tijdens het passeren van de bij elkaar liggende boten maar even wat foto’s en mischien is daarop later nog wat te zien van iets wat ik nu niet zie. Op de pont is 

niemand te zien, en ook is er geen auto of wat dan ook maar op het dek. Wanneer we later uit de verte nog eens achterom kijken, ziet Aafke de pont weer naar de plek toe varen waar hij normaal de oversteek maakt om van de ene naar de andere oever te varen.
Al met al heeft dit ook weer wat tijd gekost, en komen we ook iets later aan dan dat we gepland hadden. Om ongeveer 12:00 uur liggen we vast tussen twee jachten aan de kanaalzijde van het haventje van Brunsbüttel. Het schip wat achter ons ligt heeft een soort verband om de boeg ter hoogte van de plek waar normaal het anker zit, en blijkt een flinke botsing met iets, of met een 
andere boot te hebben gehad. En tot mijn verbazing blijkt het de snelle Amsterdammer te zijn die ons met veel te hoge snelheid na het verlaten van de sluis bij Kiel voorbij jakkerde. Maar of dit nu is gebeurt, of dat het al zo was toen hij ons inhaalde durf ik niet te zeggen. Omdat er niemand aan boord is, zullen we onze nieuwsgierigheid nog maar even bedwingen tot er weer iemand bij het schip is. Om een uur of zes zien we de schipper met zijn vrouw en twee kleine kinderen op de steiger staan, en hij verteld ons dat hij onderweg een dukdalf heeft geraakt, doordat er opeens een dwarsstroom was die hem uit zijn koers bracht en op één of andere manier kon hij de dukdalf niet meer ontwijken, en klapte hij er bovenop. Gelukkig dat er geen gewonden zijn gevallen, want zo’n klap is niet niks. Ze zijn nu weer met een auto naar Kiel geweest, want daar hadden ze ook nog een camper staan, en daar hebben ze gereedschap opgehaald om de punt van de boot nog wat meer dicht te maken, en ook mochten zijn vrouw en kinderen niet weer mee op de boot de Noordzee over om naar huis te gaan vanwege de verzekering. Tevens moest het schip aan de voorkant zo licht mogelijk worden gemaakt, dus het anker en het ankergrerei zoals ketting moesten naar achteren worden verplaatst. Nou dat is ook wat, ik geloof een hoop, maar dit verhaal over een plotselinge dwarsstroom kan ik niet geloven, want ik ben zelf al vaker dan 20 maal door het kanaal gevaren, maar van plotselinge dwarsstroom heb ik nooit iets gemerkt. Het lijkt mij meer op niet goed opletten, of het gebruik van een stuurautomaat, die dingen kunnen namelijk, met veel ijzer dicht in de buurt zorgen voor een plotselinge koerswijziging, en met die grote ijzeren dukdalfen vlak naast je met de stuurautomaat aan, zou best wel eens de oorzaak kunnen zijn van dit debacle.  Want de plekken waar deze dukdalfen staan zijn allemaal rechte stukken die je er toe zouden kunnen verleiden om de stuurautomaat even te gaan gebruiken, en dat is in het kanaal ten strengste verboden. Enfin de verzekering zal het wel goed uit gaan zoeken denk ik want er is nogal wat schade aan de boot, en ze mogen van geluk spreken dat er niemand letsel heeft opgelopen. Wij gaan ondertussen ons eigen plan uitbroeden, en we hebben een aantal optie’s. Omdat we niet veel diesel in de tank hebben, gooi ik er dertig liter in uit onze cans, en bewaar er eentje voor de allerhoogste nood. Dan moeten we bepalen wanneer we vertrekken, want de boodschappen die we nog wilden doen vandaag werden niets omdat de winkels in Duitsland dicht zijn op Zondag. We kunnen ook morgenvroeg om zeven uur eerst naar de winkel gaan, en daarna vertrekken naar Cuxhafen, of we kunnen morgenvroeg de laatste twee uren van de ebstroom benutten om naar Cuxhafen te gaan en dan daar eerst tanken, en ook naar de winkel gaan om boodschappen, en dan om drie uur de ebstroom pakken om zoveel mogelijk van het tij mee te pakken de Elbe uit, een andere optie is om vanmorgen heel vroeg weg te gaan, zeg maar om vier uur vannacht en dan eerst naar Cuxhafen om diesel en boodschappen, maar dat valt wat mij betreft direct af, ik houd het maar op 09:30 naar de sluis, en dan eerst naar Cuxhafen voor diesel en daarna boodschappen om vervolgens om een uur of vier te vertrekken richting Nederland. Het weer zit niet echt mee, want er is morgen weinig tot geen wind, maar de vooruitzichten zijn wel goed eerst wind uit het zuiden, en later uit het Oosten nou dat is goed als het tenminste allemaal klopt. Wanneer we s’morgens wakker worden om acht uur gaan we er maar gelijk af, en na het ontbijt vertrekken we met nog een stuk of wat andere jachten uit de haven, en gaan voor de sluis liggen te wachten tot er wit licht word gegeven, en dat duurt wel een poosje, maar opeens gaat het witte licht knipperen en mogen we erin. Het schutten gaat vrij snel en om 10:00 uur varen we de Elbe op en zetten koers naat Cuxhafen, de meeste jachten kiezen voor de rode tonnenkant, maar ik steek zo snel als het kan over naar de groene tonnenzijde want dat is de buitenbocht en daar staat iets meer stroom dan aan de binnenbocht. Na twee uur varen zijn wij dan ook één van de eersten die de haven van Cuxhafen om 12:00 uur binnenvaren. Omdat ik gelijk diesel wil tanken, ga ik rechtsaf  richting bunkerstation, maar daar ligt net een motorboot te tanken, en ook ligt er nog een zeiljacht die voor ons aan de beurt is. We wachten, en wachten, maar er schijnt iets niet goed te zijn, en dat blijkt later ook te kloppen, want de dieseltank is leeg leeg leeg. Nou hoe moet het nu, nou eerst maar eens aanleggen bij die tankstelle, en dan loop ik maar even naar de hafenmeister, die is echter de hort op met de fiets ergens in de haven, dus wacht ik even bij het kantoor, en tref daar toevallig de schipper van de Lizzy die bij ons in DNZ in de haven ligt. We worden het wachten zat en gaan de steigers maar weer op om de hafenmeister te pakken te krijgen, en van hem horen we even later dat er pas morgen weer getankt kan worden. Dus ga ik maar weer richting tankstelle, met deze mededeling. Er zit nu niets anders op dan eventueel diesel halen bij een tankstation 1 km lopen hiervandaan, of de gok te wagen met de diesel die we nog hebben. Na enig rekenwerk besluit ik om het er maar op te wagen want we zullen met de huidige weersverwachting minimaal de helft kunnen zeilen en de andere helft moteren, en ook de tien liter die we nog hebben is nog een extra aanvulling. Er rest ons nu niets anders dan een plekje te vinden in de haven, en dat gaat niet van een lijen dakje, ik had bij mijn loopje in de haven wel gezien dat er nog ergens een plekje was, en daar varen we nu opaf, eenmaal daar in de buurt aangekomen zien we nog een andere plek, en daar zien we geen rood bordje hangen, en dus varen we die box binnen, maar als we bijna binnen zijn blijkt er toch nog een rood bordje verscholen te zijn achter wat dingen in de hoek van de box, en we proberen om weer uit de box te komen. Helaas is de stroming hier in de haven dusdanig dat die ons dwarszit en dus belanden we min of meer bekneld tussen de palen in, en raak ik met de joon de reling van een boot die een eindje uit de box steekt, met als gevolg dat de joon ter plekke 90 graden knikt en dus afbreekt. Gelukkig weet Aafke de boeg langs de rand van de paal en de daar liggende boot langs te krijgen, en zijn we weer vrij van de boten en de palen waar we in verstrikt raakten. We gaan nu maar weer terug deze boxenrij uit, en proberen het elders, maar helaas lukt dat niet, ten einde raad wil ik dan maar op een grootte plek voor grootte jachten gaan liggen, met de kans dat we er weer weg moeten, dan is er iemand op de steiger die ons aanbiedt om naast hen te komen liggen. Het blijkt de schipper te zijn van een klassieke tweemaster van 17 meter die langs de steiger ligt en die vanmiddag toevallig ook weg wil richting Nederland, nou dat willen we wel en we willen ook wel om die tijd heen vertrekken dus gaan we er gelijk maar naar toe en ze helpen ons even met het aanmeren. 
               De Charwill een klassieker uit 1916

Ze zijn met hun tweeën op dit echt prima gerestaureerde jacht uit 1916 en het schip ziet er goed onderhouden uit. De naam van het schip is “Charwill” .Als we over en weer wat hebben gesproken, gaan Gerrit en Aafke nog even naar de dichtbijzijnde winkel om wat brood en wat dies meer te scoren, binnen een uur zijn ze weer terug, en na nog even te hebben uitgerust is het alweer bijna drie uur, en tijd om te gaan.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten