Dinsdag 28-08-2018 van Fynshav naar Mommark.

Vanmorgen is het halfnegen dat we de slaap uithebben en Aafke gaat er alvast maar uit, ik blijf nog even dommelen en kom er na negen uur pas uit, dan is Aafke al aangekleed en ze is ook al naar de vuil en glascontainer geweest hier bij het havenkantoor.

Ik schiet vlug een broek aan, en dan gaan we eerst maar even met onze hobby bezig,( ontbijten ).

Na me gewassen te hebben ga ik nog even in mijn boek zitten lezen, en Aafke wil nog even naar het strand.

    Om elf uur komt ze weer aanscharrelen met een zak vol stenen, en die moeten eerst wel even schoongemaakt worden, en intussentijd heb ik de rubberboot naast de boot vastgemaakt want we moeten achteruitvarend de haven uit zien te komen want waar we liggen is het niet breed genoeg om te draaien.

Terwijl Aafke schrobt haal ik het elektrisch eraf, maar ik heb eerst nog wel even 1 ltr water aan de kook gebracht met de waterkoker, voor een bakje zo meteen.

Dan drinken we koffie, en gooien los en varen achteruit tot een plek waar ik wel kan draaien, en varen dan om 11:40 de haven uit met bestemming Söby op het eiland Aerø wat hier 12 mijl vandaan ligt..

Er zitten als we de haven uitvaren een hele rij hjerringslynders op de strekdam voor de haven om hun vleugels te drogen.

    Een hele rij hjerringslynders op de strekdam zwaaien ons uit.

Wanneer we éénmaal buiten de haven zijn, blijkt er maar weinig wind te staan, en verleggen we na overleg de koers naar Mommark dat is een haventje op vier mijl vanaf hier.

We varen alleen op de Genua, want om voor dit korte ritje de huik van het grootzeil eraf en er weer op te doen is me teveel werk, en we zijn er in een dik uur denk ik.

    De haveningang van Mommark op het eiland Als.

Het is kwart over één als we vast liggen in een box waar we ook weer gemakkelijk uitkunnen varen.

We gaan eerst nog even een hapje eten, en dan tuigen we de fietsen op om hier de omgeving te verkennen.

Nadat onze maag weer enigzins gevult is til ik de fietsen één voor één vanuit de voorpunt de trap op en vervolgens zet ik ze op de vingerpier naast de boot neer, Aafke zorgt voor de rest, en ik sluit de boot af en dan gaan we eerst naar het havenkantoor toe om het havengeld te betalen.

Als we bij het kantoor zijn, herinner ik mij opeens dat ik de vorige keer bij het restaurant af moest rekenen, en dat blijkt nog steeds zo te zijn.

Na het opgeven van de lengte en de naam van de boot krijg ik voor 150 Dkr een papieren bandje met de naam van het schip erop, en dat moet ik aan de preekstoel bevestigen op een goed zichtbare plaats.

Na even terug naar de boot toe te zijn gefietst om het betaalbewijs aan de preekstoel te bevestigen, gaan we BB uit het eiland op naar het plaatsje Sarüp waar we zoveel bramen zien hangen, dat we niet voorbij kunnen rijden zonder er een zooitje van op te hebben gegeten. Dan rijden we vervolgens naar Lysabildskov wat bijna onderaan het eiland Als ligt

Vandaar gaat het naar het dorp Skovby waarbij we onderweg een pruimeboom helemaal leegplunderen, dat hoort misschien raar, maar omdat de meeste pruimen al te rijp zijn, en er af zijn gevallen zit er dus niet zo veel meer aan. Ook komen we een aantal appelbomen tegen en daar nemen we ook een aantal verschillende van mee.

    Er liggen genoeg rijpe appels voor het oprapen.

Bij het dorp aangekomen gaan we meteen even de daar aanwezige Brûgsen winkel induiken voor wat boodschappen, na een klein halfuurtje fietsen we via Lysebild weer terug naar Mommark.

Al met al hebben we nog een flink stuk gefietst, en er waren geen erg grote hoogteverschillen maar de hellingen waren langer en dat werkt dus aan beide kanten, eerst lang trappen om boven te komen, en dan een heel eind freewhelend weer naar beneden.

Ik heb op mijn fiets nog twee brandende ledje,s over van de zes die er zijn, en dus is mijn accu nog ongeveer 30 procent vol.

Om 18:00 uur zijn we weer in de haven, en er zijn al weer heel wat jachten binnengelopen in de tijd dat wij weg zijn geweest.

    De Moonshine uit Engeland ligt achter ons.

Ook onze Engelse buren uit Assens liggen nu achter ons aan de andere steiger, we hebben ze nog niet gesproken, maar mischien zien we elkaar morgen nog wel.

    De hond van onze Duitse buren sprong met gemak 

    vanaf de vingerpier, over de railing heen met vier 

    poten op de boot, ik stond verstomd.

We ruimen de boodschappen en de zadels op, en doen de accu,s alvast aan de laders, de fietsen doen we straks wel weer even eerst maar even een lekker biertje om weer wat op verhaal te komen.

Drie kwartier later zitten we alweer aan de gebakken aardappeltje,s met sperzieboontje,s uit blik met een gehaktbal erbij, en als toetje kwark met de nog op voorraad zijnde twanbeien erin.

Na het eten lees ik mijn boek nog snel even uit, en dan brengen we de fietsen terug naar de fietsenstalling voor in de punt.

Ondertussen is het nu alweer 22:00 uur geworden, en vind ik het welletje,s, dus oant moarn mar wer.